Inleiding Ruimte
Deventer groeit. De opgaven binnen het fysieke domein nemen in omvang en complexiteit toe. Er zijn veel onderwerpen die spelen binnen het fysiek domein. We focussen ons daarom op vier hoofdthema’s: de basis op orde in de leefomgeving, (kapitaalgoederen en transformatiefase Omgevingswet), energiebeschikbaarheid, klimaatadaptatie en woningbouw. Deze thema’s zijn belangrijk, zijn onderling sterk verweven en raken nagenoeg alle andere opgaven binnen het fysieke domein. De overige onderwerpen zoals, economie, mobiliteit, onderwijs, voorzieningen, platteland en cultuur worden waar mogelijk in samenhang beschouwd, maar kunnen ook een eigen dynamiek kennen. Het is geen verzameling van losse projecten, maar een netwerk van onderling verbonden opgaven, ook met die in het domein Samenleving. Ook de overige onderwerpen worden toegelicht, maar op het moment dat er schaarse middelen worden toegekend, prioriteren we waarbij de aandacht eerst uitgaat naar de hoofdthema’s.
Hoofdthema's
Meer informatie
Basis op orde in de leefomgeving
Basis op orde in de leefomgeving
Kapitaalgoederen in de openbare ruimte
Een toekomstbestendige stad begint bij de basis: goed onderhoud van bestaande infrastructuur, beheer van kapitaalgoederen en een veilige, gezonde leefomgeving. De huidige urgentie is hoog. Het onderhoud en de vervanging van o.a. wegen en bruggen staan onder druk. Door het uitstellen van investeringen dreigt verder achterstallig onderhoud met alle risico’s van dien. We investeren daarom gericht in beheer en vervanging en daar waar mogelijk zoeken we de koppeling met de thema’s klimaatadaptatie en energietransitie. Bijvoorbeeld door het combineren van rioleringswerkzaamheden met klimaatadaptieve herinrichting van straten en pleinen en bij infrastructuurprojecten de kans benutten voor het aanleggen van slimme energienetwerken (smart grids). Ook het hebben van een actuele omgevingsvisie, waar de langetermijnvisie in verwoord is, met daarbij een omgevingsprogramma vormen de basis voor verdere doorontwikkeling van de openbare ruimte van de gemeente.
Transformatiefase Omgevingswet, geodatabased werken en samenhang kennisinstrumenten
In 2026 stellen we de omgevingsvisie 2040 vast die richting zal geven aan de ontwikkeling van de gemeente Deventer. De doorwerking in onze kerninstrumenten (omgevingsprogramma’s en het omgevingsplan) en daarmee het sluitend krijgen van de gehele beleidsketen in het ruimtelijk domein, zal sturing vragen. Ambitie en wettelijke verplichting is om eind 2026 een beleidsrijke en gebiedsdekkende omgevingsvisie te hebben waarin de lange termijnvisie van de gemeente verwoord is en richting wordt gegeven aan de (ruimtelijke) ontwikkeling van Deventer.
Als gevolg van de Omgevingswet is het nog meer noodzakelijk dat de gehele beleidscyclus goed sluitend is. Dit houdt ook in dat er gewerkt wordt aan het versterken van het geodata-gestuurd werken en maken van onze kerninstrumenten van de Omgevingswet (Omgevingsvisie, Omgevingsprogramma's, Omgevingsplan). Dit is niet alleen een technische exercitie maar ook één met impact op diverse werkprocessen, de in- en externe samenwerking, herdefiniëring en verschuiving van taken van met name beleidsmedewerkers. Dit gebeurt in samenhang met de gemeentelijke organisatieontwikkeling. De gewijzigde werkprocessen zijn randvoorwaardelijk voor de ontwikkelingen in het ruimtelijk domein en daarom van belang. De insteek is wel dat meer geodatagedreven werkprocessen leiden tot besparingen bij het opstellen van beleid. Dit vraagt ook een andere cultuur en verwachtingen bij het opstellen van nieuwe beleidsdocumenten, zowel ambtelijk als bestuurlijk.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
Om de staat van de openbare ruimte op het gewenste niveau te krijgen en te houden, is op basis van Nota kapitaalgoederen de komende jaren aanvullend budget nodig. Bij de Voorjaarsnota 2023 is reeds besloten de middelen van programma Leefomgeving te verhogen met in totaal €500.000 structureel (4 x €125.000 in de jaren 2024 t/m 2027). Bij de voorjaarnota 2024 en begroting 2025 is voor de asset 'Spelen' structureel €268.000 toegekend, voor de asset 'Groen' vanaf 2027 €600.000 en voor ‘civieltechnische kunstwerken’ €37.000 vanaf 2028. Tevens is bij de begroting 2025 nog eens €318.000 structureel toegevoegd vanaf 2028.
Ondanks deze toevoegingen is, om uitvoering te geven aan de Nota kapitaalgoederen, op basis van actueel prijspeil de komende jaren aanvullend budget nodig van €5,9 miljoen in 2026 oplopend naar €7 miljoen in 2030. We kiezen ervoor om geleidelijk naar dit niveau toe te groeien met jaarlijks €525.000. Dit geeft de organisatie tijd om mee te groeien met het budget. Naast financiële middelen vraagt uitvoering van de nota kapitaalgoederen om een effectieve en efficiënte inzet van capaciteit in de programmering van het meerjarig onderhoud en de vervangingsopgave. Daarnaast is dit financieel ook een eerder haalbaar scenario.
Als gevolg van de Omgevingswet is het nog meer noodzakelijk dat de gehele beleidscyclus goed sluitend is. We zien dat de doorwerking van beleid in een omgevingsprogramma en een omgevingsplan van groot belang is. Als we daar niet voldoende op in kunnen zetten is de verwachting dat de samenhang tussen instrumenten onvoldoende tot stand komt en er te veel “pleisters” geplakt moeten worden. Dat komt de sturing in het ruimtelijke domein niet ten goede. Er moet een plan komen om een verbeterslag door te voeren in ons instrumentarium. Het gaat om een plan voor het sluitend krijgen van de beleidscyclus. Dus van beleidsvorming, uitwerking, uitvoering, monitoring en evaluatie in samenhang met de aandacht voor de (geo-)data-gedreven manier van werken. Voor het opstellen van een aanpak en een start te maken met de uitvoering is om te beginnen een bedrag van €200.000 incidenteel nodig. Afhankelijk van het plan kunnen aanvullende middelen nodig zijn voor de jaren 2027, 2028 en 2029.
Knelpunten bestaand beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
1 | Nota Kapitaal Goederen | 3 | -525 | -1.050 | -1.575 | -2.100 |
2 | PvA verbeterslag beleidscyclus en datagedreven werken Ow | 5 | -200 | - | - | - |
Energiebeschikbaarheid
Energiebeschikbaarheid
Netcongestie vormt een groeiend probleem. Door overbelasting van het elektriciteitsnet is het niet mogelijk om een grootverbruik aansluiting te krijgen dit treft rechtstreeks bedrijven in hun ontwikkeling. Als de situatie verslechtert dan kunnen nieuwe woningen, of laadpunten mogelijk niet worden aangesloten. Dit bedreigt onze woningbouwopgave, economische ontwikkeling én de uitvoering van het klimaatbeleid.
We werken samen met Enexis, TenneT en Liander om het elektriciteitsnet te versterken, Daarnaast zetten we vol in op de versnelling van slimme energiehubs, zowel op bedrijventerreinen zoals Bedrijvenparkt A1, als in woonwijken. Ook moedigen we projectontwikkelaars actief aan om bij nieuwbouwplannen rekening te houden met het elektriciteitsnet – dit noemen we ‘netbewust bouwen’. We zien kansen om lokale energieopwekking en -opslag slim te koppelen aan nieuwe gebiedsontwikkelingen. Warmtenetten zijn een noodzakelijk alternatief voor elektriciteit bij het verwarmen van oudere woningen. Ook is dit hybride systeem van elektriciteit en warmtenetten robuuster. Deze oplossingen dragen bij aan een toekomstbestendige en duurzame energievoorziening.
Zonder een goede regie op de capaciteit van het elektriciteitsnet lopen we het risico dat woningbouwprojecten stilvallen, bedrijven onvoldoende kunnen verduurzamen, er meer stroomuitval is en dat de verduurzaming van onze gemeente vertraging oploopt.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
We kiezen voor oplossingen die bijdragen aan een robuust toekomstig energiesysteem en geen verzwarend effect hebben op het elektriciteitsnetwerk. Dit vraagt om innovatie en ruimte om ontwikkelingen mogelijk te maken. Voorbeelden zijn smart energy hubs, netbewust bouwen en de ontwikkeling van waterstof. We willen deze programmalijn voortzetten.
Nieuw beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
1 | Buurtaanpak verzwaren van het stroomnet LS/MS | 12 | -560 | -560 | -560 | -560 |
---|---|---|---|---|---|---|
2 | Impuls voorbereiding 3de hoogspanningsstation | 12 | -140 | -140 | 0 | 0 |
Klimaatadaptatie en uitvoering adviezen klimaatraad
Klimaatadaptatie en uitvoering adviezen klimaatraad
Klimaatverandering raakt Deventer direct: hittestress, wateroverlast, nieuwe ziekten en plagen in de openbare ruimte en droogte vragen om actie. We combineren klimaatadaptatie zoveel mogelijk met nieuw en regulier werk in de openbare ruimte. Herinrichtingen benutten we voor vergroening en infiltratie. In 2050 willen we klimaatbestendig en CO2-neutraal zijn. We koersen op een klimaat adaptieve inrichting van 50% van de openbare ruimte uiterlijk in 2050. Deze ambitie ligt in lijn met het advies van de Klimaat Raad. Daarnaast hebben we de aandacht voor het warmteprogramma en het opschalen van zonne-energie op daken en ontwikkelingen van windprojecten.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
Voor de continuering van het klimaatadaptatieprogramma is gedurende 4 jaar middelen ter hoogte van € 300.000 incidenteel beschikbaar gesteld t/m 2025. Deze middelen vervallen per 2026. Om het beleid voort te zetten zijn deze middelen structureel nodig. Om daarnaast uitvoering te kunnen geven aan acties uit het biodiversiteitsplan en de klimaatadviesraad, is extra capaciteit nodig, naast de uitvoeringsbudgetten, om acties in gang te zetten, na te jagen en te coördineren.
Knelpunten bestaand beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
3 | Klimaatadaptatie en uitvoering adviezen klimaatraad | 3 | -300 | -300 | -300 | -300 |
Wonen, werken en voorzieningen
Wonen, werken en voorzieningen
We werken sinds 2024 via integrale gebiedsontwikkeling. Met gebiedsontwikkeling brengen we meerdere opgaven samen in één gebied. We bouwen niet alleen woningen, maar richten complete buurten in duurzaam, leefbaar en toekomstgericht. Dit geeft ons de regie om keuzes slim te combineren en werk met werk te maken. We versnellen de woningbouw door vroegtijdig samen te werken met ontwikkelaars, woningcorporaties en bewoners. Tegelijk leggen we ruimte vrij voor warmtenetten, zonne-energie en slimme energieopslag. Door vanaf het begin in te zetten op vergroening en klimaatadaptatie, zorgen we voor koele straten, gezonde lucht en minder wateroverlast. De omgevingsvisie zal in 2026 vastgesteld worden met daarin samenhangende keuzes voor de ontwikkeling van Deventer.
De woningbouwopgave leidt ook tot behoefte aan meer mobiliteit, terwijl de kwaliteit van de fysieke leefomgeving omhoog moet waar meer mensen wonen. Parallel aan de bouw van woningen zal dus geïnvesteerd moeten worden in de infrastructuur, fiets- en OV-netwerken. Hierbij nemen we transitie naar duurzame mobiliteit direct mee.
Keizerslanden
In Keizerslanden werken we aan de transformatie van een naoorlogse wijk naar een levendige, toekomstbestendige stadswijk. De grootste stadswijk waar iedereen zich thuisvoelt. We voegen 1.650 nieuwe woningen toe, met een mix van sociale huur, betaalbare koop en levensloopbestendige woningen. Tegelijk investeren we in infrastructuur, vergroening en maatschappelijke voorzieningen. We maken ruimte voor voetgangers en fietsers, verbeteren de kruispunten op de Hanzeweg en leggen veilige verbindingen aan naar het winkelcentrum. Tegelijk versterken we de wijkfunctie van Kei13, waar onderwijs, zorg en ontmoeting samenkomen. In het Oranjekwartier pakken we met partners de herontwikkeling van het Piekfijnplein op. Een belangrijk schakelpunt in de vernieuwing van de wijk. De aanpak in Keizerslanden is integraal en ambitieus. We koppelen woningbouw aan mobiliteit, energie, gezondheid en leef kwaliteit.
Keizerslanden transformeert tot 2030 naar de grootste, inclusieve stadswijk van Deventer. We realiseren 1.650 woningen, verbeteren de infrastructuur en investeren in leefbare, duurzame wijken met aandacht voor jong en oud. Inmiddels zijn circa 600 woningen opgeleverd, met nog 1.400 gepland. Infraprojecten starten na zomer 2025.
De investeringen zijn ten behoeve van de groei van de stad van Deventer en zullen (gefaseerd) worden opgevoerd in de strategische investeringsagenda (zie een nadere toelichting hierop in Strategische investeringsagenda ).
Centrum & Schil
Met het programma Centrum & Schil werken we aan een compacter en levendiger Deventer. We bouwen ruim 2.000 woningen in en rond het centrum en investeren 30 miljoen euro in infrastructuur om voor 2035 minimaal 1.650 woningen te realiseren. De focus ligt niet alleen op woningen, maar ook op werkplekken, groen, bereikbaarheid en een prettige leefomgeving.
Er zijn al 332 woningen opgeleverd en 250 in aanbouw. Project Roto (700 woningen) start voor 2030. Tegelijk moeten we infrastructuurprojecten afronden waar versnellingsgeld aan gekoppeld is. Daarvoor zijn extra middelen nodig, net als voldoende capaciteit en snelle besluitvorming.
De opgave is complex: we zijn afhankelijk van partijen als ProRail, NS, grondeigenaren, ontwikkelaars en investeerders. De uitvoering raakt aan thema’s zoals energietransitie, mobiliteit, klimaatadaptatie, economie en leefomgeving. De investeringen zijn ten behoeve van de groei van de stad van Deventer en zullen (gefaseerd) worden opgevoerd in de strategische investeringsagenda (zie een nadere toelichting hierop in Strategische investeringsagenda ).
Overige gebieden
Naast de hierboven genoemde gebieden zijn er ook gemeentelijke projecten waarbij investeringen benodigd zijn om gebieden in de gemeente Deventer te laten bijdragen aan de woningbouwopgave en economie. Concreet omvat dit de projecten Wechelerhoek, Zwaluwenburg en Teugseweg. In een eerder stadium is hierover al door de raad besloten. Echter daarbij is ook aangegeven dat vervolg investeringen zullen worden meegenomen in de perspectiefnota.
Zo is bij Wechelerhoek door de raad voorkeursrecht gevestigd op de locatie. Het daadwerkelijk verwerven en realiseren van een gebied, ten behoeve van de te realiseren woningbouwopgave, zal naar verwachting resulteren in een onrendabele top van circa € 11 miljoen. Daarnaast bedraagt de onrendabele top voor de realisatie van het zandweteringpark binnen Wechelerhoek circa € 2,7 miljoen. Deze investeringen zijn voor de groei van de stad van Deventer en zal daarom opgenomen worden in de Strategische Investeringsagenda.
Bij Zwaluwenburg heeft de raad besloten om in dit gebied een nieuw schoolgebouw te realiseren. Deze investering vraagt ook om vervolg investeringen in de openbare ruimte van dit gebied. Daarnaast kunnen er in dit gebied ook woningen gerealiseerd worden in de 2e en 3e fase. Hiervoor is een voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld door de raad voor verdere gebiedsontwikkeling.
Een andere investering ten behoeve van de verdere gebiedsontwikkeling betreft de aanleg van een verbindingsweg bij de Teugseweg. Deze weg draagt bij aan de verdere ontwikkelingen van het gebied “De Poort van Deventer”. De aanleg van deze weg vraagt om een investering van €2,2 miljoen.
Werken – Bedrijventerreinen en klimaatadaptatie
Deventer moet een stad blijven waar mensen kunnen werken in een duurzame, innovatieve en veerkrachtige economie. We willen ruimte bieden aan circulaire bedrijven, kenniswerkers en vakmensen. Dat vraagt om voldoende goed uitgeruste bedrijventerreinen en een energie-infrastructuur die meegroeit met de economie.
Nieuw bedrijventerrein
Deventer wil een sterke werkstad blijven. Daarvoor is ruimte nodig voor nieuwe bedrijven of bestaande bedrijven die door willen groeien, in balans met woningbouw. Op dit moment is de concrete behoefte 45 hectare netto uit te geven nieuw bedrijventerrein. Het aantal hectares zal mee moeten groeien met de uitbreiding van de stad om de balans goed te houden. Ook regionaal is extra ruimte nodig. Een nieuw terrein biedt bedrijven ruimte om te verplaatsen, om zo woningbouw op plekken mogelijk te maken, en bestaande, vaak verouderde terreinen te kunnen herstructureren. In 2024 is gestart met een verkenning naar geschikte locaties. Er volgt nu een verdiepend onderzoek. Dit jaar wordt een voorkeurslocatie gekozen.
Toekomstbestendige Bedrijventerreinen (TBBT), Advies klimaatraad
Deventer werkt via de Deventer Economic Board (DEB) samen met ondernemers en onderwijs aan het herinrichten en herstructureren van bestaande bedrijventerreinen. Deze terreinen bieden werk aan een derde van de totale werkgelegenheid in Deventer. Door veroudering en energie-en klimaatopgaven is vernieuwing nodig. Zonder actie verouderen de terreinen verder met negatieve gevolgen voor werkgelegenheid en leefbaarheid. De projecten richten zich op veiligheid, mobiliteit, vergroening, energie en ruimte voor bedrijven. Kansen liggen in samenwerking, koppeling aan energietransitie, circulariteit en betere benutting van ruimte.
De eerste uitvoeringsagenda is grotendeels afgerond. We zijn gestart met de uitvoering van de projecten uit de 2e Uitvoeringsagenda TBBT (ToekomstBestendige BedrijvenTerreinen). Op enkele gebieden op de bestaande terreinen is meer groen aanwezig als gevolg van de uitvoering van de 1e en de 2e uitvoeringsagenda TBBT. Zo zijn er wandelpaden gecreëerd, een parkje aangelegd bij de kop van de havenarm, en hebben enkele ondernemers hun panden verduurzaamd en privéterrein vergroend.
Het verder vergroenen en klimaatadaptief inrichten van (toekomstbestendige) bedrijventerreinen (wens vanuit het klimaatberaad) vraagt een investering van €1 miljoen. Dit leidt tot een structurele kapitaallast van circa €65.000 vanaf 2027.
Human Capital Agenda en Deventer Studentenstad
Direct gerelateerd aan de woningbouwopgave is het tegengaan van de krapte op de arbeidsmarkt, het bevorderen van een leven lang leren en het aantrekkelijk blijven voor studenten en young professionals. Hiervoor zetten we de Human Capital Agenda en de agenda verjongen/Deventer studentenstad in. Beiden regelingen lopen eind 2025 af en hiervoor vragen we voor beide regelingen € 150.000 structureel om dit voort te zetten. Van Deventer Studentenstad heeft u inmiddels een evaluatie ontvangen. Bij de begrotingsbehandeling ontvangt de raad een evaluatie van de Human Capital Agenda.
Deventer Economic Board (DEB)
DEB staat voor een brede financiële uitdaging. De incidentele bijdrage vanuit de gemeente Deventer stopt in 2025. Dit betekent voor DEB een dekkingstekort van €240.000 per jaar. We stellen voor om nog voor 1 jaar middelen beschikbaar te stellen. Het DEB moet vervolgens concrete stappen zetten om de financiering van de activiteiten structureel te borgen wat cruciaal is om de slagkracht op lange termijn te behouden.
Maatschappelijke voorzieningen
Ook maatschappelijke voorzieningen nemen we direct mee. Aan de hand van een recent ontwikkelde benchmark kunnen we de behoefte aan maatschappelijk vastgoed inmiddels op wijkniveau inzichtelijk maken. Met betrekking tot de gebiedsprogramma’s zal deze behoefte integraal onderdeel worden van de actualisatie en/of uitwerking van de programmering. We combineren scholen, zorg, sport en ontmoeting in nieuwe wijken en knopen ze goed aan op fiets- en OV-netwerken. Zo bouwen we aan inclusieve buurten waar mensen prettig samenleven. Doordat we integraal werken, komen we bovendien eerder in aanmerking voor subsidies van het Rijk en de provincie. Dat vergroot onze uitvoeringskracht en maakt meer mogelijk met minder middelen.
Gebiedsgericht werken
De integrale gebiedsontwikkeling vraagt ook om een structurele inbedding van het gebiedsgericht werken. Hiermee gaan kosten gepaard voor een programmamanager en kosten voor gebiedsmanagement. Voor deze laatste kan o.a. gedacht worden aan: onderzoeken, communicatie, raadsopdrachten, lobby, gebiedsprogramma, raamwerk openbare ruimte en out of pocket kosten. In de begroting is hier nog niet structureel rekening mee gehouden.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
Integrale gebiedsontwikkeling maakt het mogelijk om ruimtelijke, sociale, economische, bereikbaarheids- en duurzame doelen met elkaar te verbinden. Het voorkomt versnippering, bespaart kosten en verhoogt de kwaliteit van de leefomgeving.
In Keizerslanden ontwikkelen we bijvoorbeeld woningen in samenhang met infrastructuur, onderwijsvoorzieningen en openbare ruimte. Ook in Centrum en Schil worden woningbouw, voorzieningen, mobiliteit, energie-infrastructuur en leef kwaliteit gelijktijdig aangepakt. Zonder aanvullende middelen stopt deze werkwijze, dreigen projecten te vertragen en dreigen subsidieverplichtingen niet gehaald te worden.
De integrale gebiedsontwikkeling vraagt ook om een structurele inbedding van het gebiedsgericht werken. Hiermee gaan kosten gepaard voor een programmamanager en kosten voor gebiedsmanagement. Voor deze laatste kan o.a. gedacht worden aan: onderzoeken, communicatie, raadsopdrachten, lobby, gebiedsprogramma, raamwerk openbare ruimte en out of pocket kosten. In de begroting is hier nog niet structureel rekening mee gehouden. Los van kostenverhaal en dekking uit projecten komt dit voor Keizerslanden neer op een structurele last van €300.000. Vanaf 2027 bedraagt dit €200.000. Voor de Centrumschil bedraagt dit voor 2026 en 2027 €425.000, waarbij dit voor de jaren daarna voor het gebiedsmanagement opnieuw wordt afgewogen.
De ontwikkeling van nieuwe bedrijfsterreinen vraagt jaarlijks €70.000 voor projectleiding, onderzoeken en participatie. Realisatie is afhankelijk van veel factoren zoals stikstof, netcongestie en grondeigendom. Zonder actie blijft er te weinig ruimte om bedrijven te laten groeien of verplaatsen. Kansen liggen in koppeling met de energietransitie, circulariteit en behoud van werkgelegenheid.
Knelpunten bestaand beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
4 | Kosten gebiedsmanagement Keizerslanden | 6 | -140 | -40 | -40 | -40 |
5 | Kosten (apparaat-lasten) programmamanager Keizerslanden | 6 | -160 | -160 | -160 | -160 |
6 | Kosten gebiedsmanagement Centrum & Schil | 6 | -265 | -265 | PM | PM |
7 | Kosten (apparaat-lasten) programmamanager Centrum & Schil | 6 | -160 | -160 | -160 | -160 |
8 | Human capital agenda | 10 | -150 | -150 | -150 | -150 |
9 | Deventer Studentenstad | 10 | -150 | -150 | -150 | -150 |
10 | Toekomstbestendige bedrijventerreinen | 10 | - | -67 | -66 | -66 |
11 | Nieuw bedrijventerrein 45 ha | 10 | -70 | -70 | - | - |
12 | Deventer Economic Board (DEB) | 10 | -240 | - | - | - |
Nieuw beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
3 | Teugseweg | 6 | - | -147 | -145 | -145 |
---|
Overige thema's
Meer informatie
Inleiding op overige thema's
Inleiding op overige thema's
Onderstaande onderwerpen zijn waar mogelijk in samenhang (onderling en met de hoofdthema's) beschouwd, maar kunnen ook een eigen dynamiek kennen. Het is te beschouwen als een netwerk van onderling verbonden thema's.
Mobiliteit - Nieuwe infra auto/fiets/OV
Mobiliteit - Nieuwe infra auto/fiets/OV
We willen dat Deventer een stad is waar mensen makkelijk, veilig en duurzaam kunnen reizen. Fiets en openbaar vervoer krijgen ruim baan. We doen dit op basis van de vastgestelde Basisvoorkeursvariant Hoofdwegenstructuur STOMP, (Stappen, Trappen, Openbaar vervoer, Mobility, Privéauto), dakpan-principe (verkeersstromen worden opeenvolgend zoveel mogelijk naar de randen van de stad geleid) en ombouw van 50km wegen naar 30km wegen, het vigerend programma Fiets 2021-2025, de integrale laadvisie en het nog vast te stellen mobiliteitsplan Binnenstad en periferie. Mobiliteit moet bijdragen aan een gezonde stad, zonder onnodige ruimte in te nemen.
Veel mobiliteitsbeleid is vastgesteld, waarbij uitvoeringsprogramma’s de leidraad vormen in de realisatie. Dekking van de gewenste maatregelen is nog niet op orde. Een klein deel van de dekking vindt plaats met eigen middelen (MIND). De kosten kunnen lager worden gehouden door mee te koppelen met de reguliere onderhoudsopgave via het MJOP. Er dienen dan wel extra middelen te worden toegevoegd. Er kan daartoe een beroep worden gedaan op eigen middelen of op externe bijdragen, zoals subsidies (versnellingsgelden, DUVV, SPV). MJOP-MIND middelen kunnen daarbij dienen als cofinanciering. Beperkingen hierin zorgen voor het noodgedwongen sterk prioriteren binnen de gewenste maatregelen en hebben consequenties voor de fasering. In de praktijk is het niet mogelijk alle maatregelen vanuit de vastgestelde Hoofdwegenstructuur te realiseren binnen de beschikbare middelen in het MJOP, MIND.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
Een schaalsprong in investeringen op gebied van mobiliteit is nodig voor het bereiken van de vastgestelde doelen, waaronder realisatie van het STOMP-principe.
Het uitvoeringsplan fietsparkeren vraagt, naast de bouw van de fietsenstalling die onderdeel is van het gebiedsprogramma Centrum en Schil, om structureel €705.000 aanvullende middelen. raadsmededeling 2025-302 uitvoeringsplan fietsparkeren
Knelpunten bestaand beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
13 | Uitvoeringsplan fiets parkeren | 3 | -659 | -707 | -707 | -707 |
Klimaatverandering - Opwek duurzame energie
Klimaatverandering - Opwek duurzame energie
Deventer wil in 2030 212 GWh duurzame energie opwekken (Deventer Energievisie), met oorspronkelijk 30% wind en 70% zon. Door netcongestie en provinciale afspraken is de verhouding 70% wind en 30% zon. Op dit moment is ongeveer 49 GWh gerealiseerd (9 GWh wind, 40 GWh zon). Windpark A1 moet in 2032 80 GWh opleveren. Er blijft nog een gat van 60 GWh, dat vóór 2030 niet wordt gehaald. Ook daarna is extra inzet nodig. Als Deventer dit doel niet haalt, draagt het niet voldoende bij aan het landelijke Klimaatakkoord. De provincie kan dan extra sturing opleggen. Bovendien maakt te weinig lokale opwek het energiesysteem kwetsbaar en vergroot het de druk op het stroomnet.
Keuzes gaan over ruimte (waar en hoe opwekken), samenwerking (met o.a. energiecoöperaties en netbeheerders) en omgaan met netcongestie. De toekomst vraagt slimme oplossingen zoals lokale energiehubs. Regionale samenwerking blijft nodig, ondanks een Kamermotie om RES-regio’s af te schaffen. De provincie heeft in haar Energievisie onderzoek naar kernenergie als nieuwe bron opgenomen. Mocht Deventer als mogelijke locatie voor een Smal Modular Reactor (SMR) in beeld komen, vraagt dat veel voorbereiding. Het doel van 55% CO ₂ -reductie blijft hard. Vertraging betekent dat de opgave verschuift naar 2050 – en nog groter wordt.
Klimaatverandering - Warmtetransitie
Klimaatverandering - Warmtetransitie
We willen in 2050 alle gebouwen aardgasvrij (Deventer Energievisie). In 2030 moet 20% van de woningen aardgasvrij zijn of een vergelijkbare besparing behalen. Dit draagt bij aan 55% CO ₂ -reductie in 2030, in lijn met het Klimaatakkoord en het Verdrag van Parijs.
Huidige aanpak
• We stellen een warmteprogramma op met doelen tot 2035 en een uitvoeringsplan voor de komende 5 jaar.
• We onderzoeken duurzame warmtebronnen zoals geothermie, waterstof en warmteopslag.
• We voeren lopende warmteplannen uit in Zandweerd, Bathmen, Worp, Colmschate en de Deltabuurt.
• Tot 2030 starten we elk jaar maximaal 2 nieuwe warmteprojecten op, o.a. in het Oranjekwartier, Keizerslanden, Voorstad en Vijfhoek.
• Via het Deventer Isolatie Programma helpen we inwoners met (biobased) isoleren, energieklussen en informatie.
• We ondersteunen woningeigenaren met subsidie, hulp aan VvE’s en energiecoaches via Duurzaam Deventer.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
Energiecoaches spelen een sleutelrol in advies en ondersteuning. De financiering voor hun coördinatie stopt in 2026. We gaan onderzoeken op welke wijze wij vanuit de gemeente ondersteuning kunnen bieden aan energiecoaches.
Na 2027 is financiering vanuit het rijk (NIP, CDOKE) onzeker. Minder maatregelen betekent dat we onze CO ₂ -doelen niet halen. Nieuwe duurzame warmtebronnen kunnen leiden tot uitbreiding van warmtenetten, maar vragen nu extra onderzoek en later investeringen. De CO ₂ -doelstelling van 55% in 2030 ligt vast. Alleen politieke keuzes kunnen dat aanpassen. Uitstel nu betekent veel meer werk richting 2050.
Om de doelen te halen, zijn extra mensen, middelen en regie nodig. Denk aan beleid na 2030, uitvoering van projecten en communicatie. Er zijn plannen voor bouw van windmolens. De provincie is hierin bevoegd gezag. Van de gemeente wordt daarin ook inzet gevraagd.
Knelpunten bestaand beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
14 | Ondersteuning lokale energie-initiatieven | 12 | -150 | -150 | - | - |
Klimaatverandering - Circulariteit
Klimaatverandering - Circulariteit
We werken conform de Visie Deventer Circulair. In deze visie verbinden we ons aan de landelijk gestelde doelen. Dit betekent dat we in 2030 streven naar 50% gebruik van primaire abiotische grondstoffen en dat we in 2050 100% circulair willen zijn. We gaan ervan uit dat het Uitvoeringsprogramma Circulair binnen de grenzen van de programmabegroting en projecten kan worden uitgevoerd. De gelden die zijn gekoppeld aan uitvoering van de adviezen van de klimaatraad op dit onderwerp zijn een goede basis om de komende jaren een goede stap voorwaarts te zetten.
Onderwijshuisvesting
Onderwijshuisvesting
De komende jaren bouwen we met schoolbesturen en partners aan ‘goede’ scholen. Dit betekent dat we naar onze (school)gebouwen en voorzieningen bewegingsonderwijs kijken vanuit een brede blik en vanuit de totale levensduur. We doen dit vanuit 5 pijlers.
1. Een goed en passend schoolgebouw voor ieder kind en iedere jongere in eigen wijk of dorp.
2. Elke school is ook een kansrijke ontmoetingsplek.
3. Schoolgebouwen maken het onderwijs van nu en morgen mogelijk.
4. Gezonde en duurzame schoolgebouwen.
5. Gemeente en schoolbesturen werken slim samen.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
We lopen op planning conform het IHP Deventer Schoolgebouwen 2024-2040. Projecten als De Marke Zuid, Zwaluwenburg, VSO Deventer, Terrawijs, Rythmeen en Sancta Maria zijn volop in ontwikkeling. De buitengymzaal bij basisschool de Vijf-er is geopend en in gebruik. En ook de plannen voor Arkelstein/de Linde, de ISK en de Centrumschil en Keizerslanden krijgen vorm. Daarnaast wordt gaandeweg met schoolbesturen gekeken naar een nieuwe organisatievorm. Wel zijn er een aantal ontwikkelingen nog niet in de (financiële) planning opgenomen. Dit gaat bijvoorbeeld om de aankoop van het resterende deel van Kei13, mogelijke start van een nieuwe VO-school en hogere duurzaamheidsambities. Tegelijkertijd zijn we actief betrokken bij zowel Programma Onderwijshuisvesting én zien we kansen in zowel de Regeling Innovatieprogramma Onderwijshuisvesting als andere subsidies zoals de subsidieregeling duurzaam maatschappelijk vastgoed (DuMaVa).
Model school Plus Kindcentrum Lettele
In dit model wordt rekening gehouden met een veiligere verkeersinrichting én integratie van plannen van partijen op het terrein van de Spil. De extra investering voor plankosten en inrichting van de openbare ruimte voor Model school Plus bedraagt €470.000. Dit leidt tot structurele kapitaallasten vanaf 2027 van €31.000.
Nieuw beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
4 | Model school Plus Kindcentrum Lettele | 9 | - | -31 | -31 | -31 |
---|
Woningbouwopgave - Doorwerking omgevingsvisie
Woningbouwopgave - Doorwerking omgevingsvisie
We staan voor een forse woningbouwopgaves en daarom onderzoeken we vier uitleglocaties. Baarlerhoek, Vijfhoek Zuid-oost, Bergweide 3 en Stadsland. Daarnaast is voor Wechelerhoek al een Omgevingsprogramma opgesteld. Een deel van deze locaties moeten definitief worden om het mogelijk te maken tot 4.000 nieuwe woningen te bouwen. Dit moet bijdragen aan een totale groei van 11.000 woningen in de stad. De eerste ideeën worden verwerkt in het koersdocument van de Omgevingsvisie. De verkenning is in volle gang en richt zich op woningbouw, maar houdt ook rekening met infrastructuur, voorzieningen, natuur, duurzaamheid en werkgelegenheid. De ontwikkeling vraagt investeringen, vooral afhankelijk van de grondpositie per gebied. Er zijn veel afwegingen: ruimteverdeling tussen landbouw en wonen, bereikbaarheid, netcongestie, en de wens voor gemengde, duurzame wijken. De verkenning onderzoekt kansen, risico’s en voorwaarden zoals mobiliteit, milieu en zorg en worden op hoofdlijnen meegenomen in het traject van de omgevingsvisie. Afhankelijk van de koers die gevaren wordt en de strategie daarbij is er inzet van capaciteit en middelen nodig die nu nog niet te kwantificeren is.
Leefomgeving milieu - Leefbaarheid, gezondheid, groen
Leefomgeving milieu - Leefbaarheid, gezondheid, groen
De gemeente Deventer zet stevig in op een gezonde, veilige en groene leefomgeving. Het nieuwe biodiversiteitsplan (2025) moet zorgen voor behoud en herstel van de natuur, meer groen in de stad en een sterke ecologische infrastructuur. Dit sluit aan bij eerdere raadsbesluiten en adviezen van de klimaatraad. Ook werkt de gemeente aan schonere lucht, minder geur- en geluidsoverlast en een veilige bodem. Hiervoor gelden landelijke doelen zoals 50% gezondheidswinst in 2030 (Schone Lucht Akkoord) en 20% minder geurhinder door industrie.
Op energiegebied wordt ingezet op energiebesparing, waarbij in 2030 80% van de bedrijven aan de regelgeving moet voldoen. Tegelijk wil de gemeente afval beter scheiden en circulair werken volgens het grondstoffenplan. Ook lopen er initiatieven op het gebied van dierenwelzijn, natuur- en milieueducatie en de uitvoering van de laadvisie.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
De uitvoering van deze ambities vraagt structurele inzet. De bodembudgetten staan onder druk, vanwege een teruglopende rijksbijdrage. De toekomstige financiering is nog onzeker. Voor de uitvoering van het biodiversiteitsplan is meer inzet voor groenbeheer nodig van 1 fte. Heel specifiek vraagt advies 1.4 van de Klimaatraad om intensivering van dit beleid, specifiek om te zorgen voor meer groen in de wijk, de ondersteuning van burgerinitiatieven en intensiever overleg met het groenbedrijf. Om hier vaart mee te kunnen maken wordt daarom €100.000 gevraagd voor extra capaciteit (één functionaris).
In 2024 hebben we een subsidiebeschikking van €100.000 ontvangen van het ministerie RvO voor het project "Monitoren maatregelen luchtkwaliteit gemeente Deventer". Onderdeel van het pakket aan maatregelen is het invoeren van een zero emissie zone in de binnenstad in 2025 en werken aan betere luchtkwaliteit en gezondheidswinst. De looptijd van het project is van 1 januari 2024 t/m 31 december 2026. De totale kosten worden geraamd op €200.000. Minus de verkregen subsidie van €100.000 bedragen de eigen kosten €100.000. Voor €50.000 is nog geen dekking binnen het programma voorzien.
De Omgevingsdiensten dienen conform landelijk beleid voldoende "robuust" te zijn. De Omgevingsdienst IJsselland dient hiervoor structureel versterkt te worden en is derhalve mensen aan het werven om alle taken uit te kunnen oefenen. De structurele bijdrage van Deventer daaraan loopt elk jaar op tot €361.000 in 2029.
Een grote keuze ligt bij de verkabeling van hoogspanningsleidingen. Medio 2026 besluit de raad hierover. De gemeentelijke bijdrage is naar verwachting €11 miljoen (prijspeil 2023), afhankelijk van landelijke netplanning en de aanpak van netcongestie.
Tot slot werkt de gemeente mee aan innovatie, zoals via de City Deal circulaire gebiedsontwikkeling, en wil zij de Stadsetalage breder inzetten voor maatschappelijke thema’s als duurzaamheid, participatie en energie.
Knelpunten bestaand beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
15 | Subsidie Schone Lucht Akkoord | 4 | -50 | - | - | - |
Nieuw beleid
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
5 | Deelname City Deal circulaire gebiedsontwikkeling | 5 | PM | PM | PM | PM |
---|
Nieuw beleid klimaatraad
bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel) | ||||||
Omschrijving | Programma | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
6 | Extra impuls aanjagen initatieven klimaatadaptatie en groen | 3 | -100 | -100 | -100 | -100 |
---|
Platteland - Ruimtelijke puzzel
Platteland - Ruimtelijke puzzel
We zijn zuinig op ons landelijk gebied Het aantrekkelijke landschap met haar landgoederen en weteringen is een belangrijk uitloop- en recreatiegebied voor onze inwoners en van waarde voor de biodiversiteit. Daarnaast heeft het landelijk gebied in onze gemeente een belangrijke waarde als agrarisch productielandschap. We zien dat er grote opgaven op het gebied van natuur, water en klimaat op de sector en het gebied afkomen. Tegelijkertijd zijn er in toenemende mate stedelijke functies die ruimte vragen. Inbreiden gaat nog altijd vóór uitbreiden, desondanks vragen onze ambities om meer ruimte in het landelijk gebied voor stedelijke functies én om bescherming van de goede landbouwgronden.
Ook de komende jaren zullen naar verwachting meerdere agrarische bedrijven stoppen. De gronden die hiermee in theorie vrij komen kunnen helpen beweging op gang te brengen in het buitengebied, als katalysator voor ruimtelijke herinrichting van het landelijk gebied. Deze potentieel vrijkomende agrarische gronden kunnen mogelijk ingezet worden voor de opgaven voor de landbouw zelf en de andere ruimtelijke opgaven uit onze Omgevingsvisie, waaronder klimaatadaptatie, robuust groenblauw raamwerk, energietransitie, wonen en werken. De provincie voert gebiedsprocessen uit en Deventer ondersteunt zelf kavelruilprojecten. Ook is er gesproken over een lokaal grondfonds, maar het is nog onduidelijk welke rol de gemeente precies moet of kan pakken.
Belangrijke keuzes, kansen en risico’s
Wij willen voor deze kans een eerste verkenning uitvoeren. Daarna kunnen verdere keuzes worden gemaakt over de inzet van middelen, samenwerking met partners (zoals grondeigenaren en andere overheden) en de gewenste mate van gemeentelijke regie. Deze ontwikkeling raakt meerdere thema’s binnen het fysieke domein: klimaat, duurzaamheid, energie, groen en natuur, maar ook sociaal-maatschappelijke en economische belangen.
Culturele- en erfgoedvoorzieningen
Culturele- en erfgoedvoorzieningen
We zien cultuur als een motor voor stedelijke ontwikkeling. Met de Cultuurvisie 2025-2028 werken we stevig aan een fundament voor de culturele- en erfgoedsector. De inzet: meerjarige afspraken, ondersteuning van nieuwe makers, flexibel aanbod en samenwerking versterken. Er zijn drie speerpunten.
Cultuur voor en door iedereen
Iedereen moet kunnen meedoen aan cultuur. Daarom koppelt Deventer cultuurbeleid aan sociale vraagstukken, vooral in de wijken en dorpen. Inzet ligt op cultuureducatie en -participatie, positieve gezondheid, leesbevordering en literatuur, en podiumkunsten onder één dak.
Geworteld in stad en land
Deventer benut kunst, cultuur en erfgoed om de lokale identiteit te versterken en de stad aantrekkelijker te maken. De nadruk ligt op een passende ruimte voor collecties en programma, erfgoed koppelen aan gemeentelijke opgaven, erfgoededucatie en –behoud. het herijken evenementenbeleid en inzetten op behoud positie als evenementenstad, het herijking percentageregeling, analyseren en categoriseren van collectie en komen tot toekomstbestendig beheersplan voor kunst in de openbare ruimte.
Een evenwichtig ecosysteem
Deventer wil een gezonde culturele infrastructuur waarin creativiteit kan bloeien. Daarom investeert de stad in ruimte voor makers en ateliers, en talentontwikkeling en creativiteit.
Voor de geformuleerde ambities in de cultuurvisie zijn vooralsnog geen extra financiële middelen gereserveerd. Wel zijn thema's benoemd waar extra financiering nodig is om ambities te realiseren. Het betreft met name vorming van collectiecentrum, het realiseren van meer ruimte voor makers en erfgoededucatie. Voor Podiumkunsten onder een dak zijn de middelen gereserveerd met uitzondering van de huidige knelpunten in de exploitatie van Deventer Schouwburg als gevolg van vastgoedlasten en negatief saldo. Binnen de huidige kaders van de budgetsubsidies en programmasubsidieregeling geldt dat ondanks de indexatie van de budgetsubsidies de sector voor grote financiële uitdagingen staat en het realiseren van een sluitende exploitatiebegroting onder druk staat.